De Voorzitter geeft aan te voren kennis van deze punten te hebben genomen, maar wil, alvorens hier punt voor punt op in te gaan, in enige algemeenheid opmerken dat comité De Verontruste Kyker zich primair op het medium TV wil richten en dat bij sommige punten de directe samenhang hiermee wat moeilijk aanwijsbaar lijkt te zijn.
In haar functie als voorlopig penningmeester merkt mw. v/d Broek, deel schertsend op dat zij de hint begrepen heeft, maar dat er, vervelend genoeg, momenteel nog geen budget is voor een koekje bij de koffie.
De Voorzitter geeft aan dat dit al één van de punten is waar, wat hem betreft, de relevantie t.o.v. de TV zoek lijkt te zijn. Dhr. Colier legt uit de opmerking gezien moet worden als een metafoor voor de contemporaine versie van Wie van de drie. Hierna ontstaat een enigszins warrige discussie, waar bij de meningen ruwweg in drie stromen uiteenvallen.
Na een onnotuleerbare situatie van zo'n tien minuten hamert de Voorzitter de orde er weer om enerzijds de bevlogenheid van de aanwezigen te waarderen, maar ons anderzijds aan te willen geven dat het comité zo veel mogelijk als een eenheid naar buiten moet treden.
Weer komt Joop Braakhekke om de hoek kijken. Bij nadere uitleg van dhr. Colier blijkt hij zich, als gepensioneerd scheepskok, bijzonder geërgerd te hebben aan een aflevering van Kookgek{1} waarin Joop Braakhekke een tarbot op gruwelijke wijze maltraiteerde. Een citaat uit de geuitte ergernis:"De natuurlijke leefomgeving van een vis is water, geen vet!" Mw. Koedooder wil hier op in haken met de vraag of de overige aanwezigen het er niet mee eens zijn dat er in het Acht uur journaal stelselmatig te veel aandacht aan Greenpeace besteed wordt. De Voorzitter zegt over dit laatste te willen praten, maar dat de samenhang met het Kookgek ontbreekt. Mw. Koedooder werpt tegen dat, volgens haar, Pia Dijkstra ooit bij Koken met sterren te gast is geweest. De Voorzitter geeft toe dat dit zo zou kunnen zijn, maar dat het desondanks weinig tot niets over de inhoudelijkheid van het Acht uur journaal zegt. Mw. Koedooder zwijgt hierop met een iets verongelijkt gezicht.
Achter dit punt gaat een langlopende kwestie schuil. Dhr. Colier heeft zo'n vijf jaar terug het De Mirandabad nagebouwd met stukjes afgeknipte teennagel. Na voltooiing van dit model heeft hij contact opgenomen met de redactie van Van gewest tot gewest, deze toonde, naar het oordeel van dhr. Colier, te weinig interesse. Op dit punt van de vergadering haalt dhr. Colier twee ordners met gevoerde correspondentie tevoorschijn. De Voorzitter stelt dat het wat ver zou voeren om deze correspondentie door te nemen, en dat de tijd die daar toe nodig zou zijn ontbreekt. Daarnaast moet er vanuit gegaan worden dat er bij de redactie van Van gewest tot gewest enige deskundigheid leeft en dat dit kan leiden tot consequenties die teleurstellend kunnen zijn. Voorts{2} wil de Voorzitter benadrukken dat het niet de bedoeling is dat het comité gebruikt wordt om persoonlijke doelen te bereiken. Dhr. Colier is het hier, zoals hij zelf zegt vanzelfsprekend, niet mee eens. Het gaat hem niet om zijn belangen, maar om het principe.
De Voorzitter informeert wat dit principe inhoudt. dhr. Colier zet een betoog in, waar bij de paden der omsamenhangendheid niet onbetreden blijven, dat ruwweg de strekking heeft dat zijn schaalmodel nieuwswaarde had, en dat Van gewest tot gewest dit niet onderkent heeft. De Voorzitter vraagt zich af of dit niet meer een opvatting dan een principe is.
Vanuit de zaal komt de vraag wat de openingstijden van het De Mirandabad zijn. De vergadering gaat nu over in een verbale diaspora, waar bij zaken als watertemperatuur, chloor, glijbanen, bubbels en de bereikbaarheid met lijn twee voorbijkomen. Na tien minuten hamert de Voorzitter naar het volgende punt.
Recentelijk werd in Eigen huis en tuin een kroonluchter gemonteerd. Op ondeugdelijke wijze volgens dhr. Colier. Allereerst werden de scharnierstukjes achterwege gelaten, en daarnaast werd er slechts één parapluplug gebruikt, waar dhr. Colier er drie had willen zien. Mw. Vaassen valt hem bij, zij heeft Bouw- en Woningtoezicht al over deze kroonluchter verwittigd. De Voorzitter constateert een concensus{3}; hij benadrukt het belang van veiligheid bij het klussen in huis en stelt voor om de redactie van Eigen huis en tuin hier op te wijzen. Aldus besloten.
Dit blijkt meer een punt van orde te zijn. Bij één van de bijeenkomsten voorafgaande aan deze oprichtingsvergadering, heeft dhr. Wulms een batterij van zijn gehoorapparaat verloren. Deze batterij is gevonden door dhr. Colier. De batterij wordt overhandigd aan de Secretaris, welke er zorg voor zal dragen dat hij bij dhr. Wulms terecht komt. De vraag wordt gesteld of dhr. Wulms zonder batterij überhaupt wel begrepen heeft wat er besproken werd voor zijn voortijdige vertrek. De Voorzitter hamert dit resoluut af, daar hij het niet zinvol acht in speculatie te treden.
Ook hier was dhr. Colier weer metaforisch bezig, maar dit werd pas duidelijk na een discussie uit welk nummer bedoelde fragment derg vandaan komt. De meesten dachten aan Wij zullen doorgaan, maar ook Kijk omhoog Sammy werd genoemd. Mw. Koedooder was er echter van overtuigd dat het fragment niet bij Ramses Shaffy vandaan komt, maar dat uit Buitenveldert van Frans Halsema komt. Dhr. de Raet wil opgemerkt zien dat de samenwerking tussen Ramses Shaffy en Liesbeth List altijd te zwaar overschat is.
Wanneer de vergadering weer enigszins ter zake gekomen is geeft Dhr. Colier zijn commentaar op Het gevoel van ..., een programma waarin een zeker jaartal muzikaal samengevat wordt. Met dit gegeven kan hij op zich leven, maar de invulling gaat hem te ver. Bekende Nederlanders die een uit hersendode bavianen bestaand publiek proberen op te zwepen en zich daarbij gedragen als een burgemeester die zojuist tot erelid van een carnavalsvereniging benoemd is. Dhr. Colier zegt er uitsluitend een slechte imitatie van de Pats Boem Show in te kunnen zien.
Hier blijkt niet iedereen de Pats Boem Show te kennen. De voorzitter legt uit dat dit, enige jaren her, een poging van Veronica was om mensen, onder het mom van een talentenshow, belachelijk te maken, met in het panel Dolf Brouwers op zijn retour, een zangeresje wier kwaliteiten meer in de verschijning dan in het vocale lagen en nog iemand die geen blijvende indruk gemaakt heeft. En, nu hij toch aan het woord is, wil de de voorzitter opmerken dat hij zich persoonlijk geërgerd heeft aan het gebruik van beelddata comprimerende camera's die de beelden een slow motion effect geven.
Dhr. Colier betoogt dat het probleem van structurele aard is, want Het gevoel van ... heeft volgens hem een zelfde debiliserend karakter als het zo'n vijftien jaar terug, ook de de KRO uitgezonden, Kwistig met muziek. Dhr. Hey merkt op dat Kwistig met muziek van de NCRV was. dhr. Colier stelt dat dit niet terzake doet, want beide beide omroepen hebben een conventioneel karakter. Dhr. Hey merkt op dat dhr. Colier confessioneel bedoelt.
Dhr. Kalkman deelt mee steeds vaker "De glimlach van een kind" in zijn hoofd te hebben, hij wil weten of anderen dit herkennen. Vanuit de zaal wordt "Doet je beseffen dat je leeft" geroepen. De voorzitter hamert dit punt af.
Dhr. Plunders heeft in zijn vakantie een fresco van Podecesca gezien, waar een bellenblazende putti afgebeeld was. Dhr. Veenstra merkt op dat "Putti" meervoud is, en wil duidelijkheid of het één putto betreft, of meerdere. Dhr. Plunders zegt dat het er één was, maar dat zijn reisgids van "Putti" sprak. Dhr. Kooiman interrumpeert, hij wil benadrukken dat, waar het op reisgidsen aankomt, alleen de Dominucus betrouwbaar geacht mag worden. Dhr. van Holm haakt in, zijn moeder heeft nog les gehad van dhr. Dominicus, en weet te vertellen een klasgenoot van zijn moeder een week geschorst is geweest omdat hij een opstel geschreven had over een mijnheer Franciscus die steeds weer over zijn reisavonturen vertelde. De voorzitter onderbreekt om te vragen wat de kern is. Dhr. van Holm antwoordt dat "ook toen al" de censuur hoogtij vierde. De voorzitter vindt niet dat dit onderwerp bij dit agendapunt thuishoort. Dhr. van Holm bromt over censuur.
Dhr. Plunders vervolgt door aan te geven dat hij graag meer aandacht voor het fresco in het algemeen, en die van Podecesca in het algemeen. Dhr. Nakoop zegt dat dit wel erg algemeen is. Dhr. Plunders zegt dat het tweede "algemeen" "bijzonder" moet zijn.
Mw. Laathuizen wil, zoals zij zelf zegt, "inhaken", en zou graag eens, in een programma over kunst (maar het mag ook over schilderijen gaan), een reportage willen zien over het icoon. Dhr. Nakoop protesteert, hji vindt ook dit te algemeen. Hij wil weten wat er onder "Icoon" verstaan moet worden, een onder strikte voorwaarden geschilderde afbeelding van een heilige, zo'n plaatje op zijn computer (waarbij hij graag aangetekend wil zien dat hij een Apple-gebruiker is), of dat het woord hier in een ruimere betekenis gezien moet worden. Mw. Laathuizen zegt zich door deze vraag persoonlijk geraakt te voelen en dat het duidelijk mag zijn dat hier de eerste betekenis bedoelt is. De secretaris vraagt dhr. Nakoop om de geschetste betekenissen nog even in de juiste volgorde op te sommen, voor de notulen. Dhr. Nakoop doet dit.